close
Dé recensiesite over jeugdliteratuur

Pieter Koolwijk schreef het geschenk voor de Kinderboekenweek: “Boeken met fantasie, humor en een laag eronder. Dat is mijn handtekening”

Dit artikel stond op 29 september 2024 in de Leeuwarder Courant en het Dagblad van het Noorden

Het was een bewogen jaar voor kinderboekenschrijver Pieter Koolwijk. Hij verhuisde van Emmen naar Zwolle en schreef het Kinderboekenweekgeschenk. Hij weet steeds beter wie hij is en wil zijn. Een gesprek over meelopers, ADHD en zijn petje.

Tekst: Jaap Friso

KINDERBOEKENWEEKGESCHENK

“Ik ben bevriend met schrijfster Sanne Rooseboom die vorig jaar haar het geschenk schreef. Zij woont in Rotterdam en moest voor een afspraak in Friesland zijn en ze drong eropaan om in Zwolle een kopje koffie te drinken. Best gek, want dat is geen logische route voor haar. Dus ik bleef er een beetje over zeuren, maar ze zei dat ik niet zo moeilijk moest doen en dus zaten we op een Zwols terras. Toen ze voorstelde om binnen te gaan zitten en ik een bordje gereserveerd op de tafel zag staan, voelde ik echt nattigheid. Ik keek over mijn schouder en zag mijn uitgever en de directeur van de CPNB aan komen lopen en ze vroegen me inderdaad voor deze eervolle klus. Het was nog voor de Kinderboekenweek van vorig jaar dus ik moest me enorm inhouden om het niet van de daken te schreeuwen. Tegen kinderen die vroegen of ik ook een keertje het geschenk ging schrijven, mompelde ik dat me dat best leuk leek.”

SCHATPAKKERS

“De schatpakkers in dit boek zijn ondeugende, brutale wezentjes. Daarvoor heb ik teruggegrepen op de verhalen die ik al schreef voordat mijn boeken werden uitgegeven. Het leek me een mooi eerbetoon aan de amateur-schrijver die Pieter Koolwijk ooit was, om ze terug te laten komen in het geschenk. Dat is toch een van de hoogste dingen die je kunt bereiken als kinderboekenschrijver. Het idee komt uit een voort uit de zoveelste discussie met mijn 19-jarige dochter Nora over haar schermgebruik Ze kaatste de bal terug en wierp me voor de voeten dat ik vaak hele zondagen voetbal zit te kijken. ’Maar dat is Feyenoord, dat is heel belangrijk’, zei ik. We kwamen er op uit dat we misschien beiden wat minder vaak op een scherm moeten turen. Dat is het begin van ´Schatpakkers´ geworden, al is het thema een andere kant opgegaan. Het gaat over meeloopgedrag en pesten, dat komt vaak terug in mijn boeken. Met wie ga je om en wie zijn nou echt je vrienden? De populaire kinderen met de mooie kleren en de grote smoel of de kinderen die er misschien wat vreemd uitzien maar wel naast je gaan staan als je het nodig hebt? Als kind heb ik misschien ook te vaak meegelachen, omdat ik heel erg bezig was met erbij te horen. Je bent bang om het volgende slachtoffer te zijn.”  

GOUDEN GRIFFEL

“De Gouden Griffel die ik in 2021 voor Gozert won, heeft mijn leven enorm veranderd. Daarvoor zat ik net een beetje in een dipje. Ondanks al die boeken die ik had geschreven, kenden veel kinderen mij en mijn boeken nauwelijks. Mijn uitgeefster zei: je moet gewoon doorschrijven en het vooral voor jezelf doen. Er komt een keer een moment dat het gezien wordt en daarin wordt alles meegetrokken. Daar heeft ze gelijk in gekregen. Ik ben door die prijs iets zelfverzekerder geworden en kan de negatieve dingen makkelijker naast me neerleggen omdat ik zoveel aandacht en bevestiging heb gekregen.”

GOZERT

“Gozert heeft me als schrijver op de kaart gezet. Ik heb drie boeken over hem geschreven en het verhaal is nu klaar. Kinderen vragen vaak waarom ik niet meer over hem schrijf. Dat snap ik want ik mis hem zelf ook. Maar ik word onrustig als ik te lang aan iets vastzit. En zijn verhaal was echt afgerond. Ik zeg tegen kinderen: ‘dan wordt het alsof je een mooi huis hebt gebouwd, maar zet je er een lelijke bouwkeet naast’. Door de trilogie over Gozert weten lezers ze van me kunnen verwachten. Boeken met fantasie en vol humor, en een bepaalde laag eronder. Dat is mijn handtekening.”

ADHD

“Het had me denk ik niet geholpen als ze het als kind al bij me hadden vastgesteld. Vooral omdat er waarschijnlijk medicatie aan te pas was gekomen. Ik was gewoon een druk kind. Op mijn 31e heb ik het laten onderzoeken omdat ik tegen steeds meer dingen aanliep. De psychiater die de diagnose stelde zei: dan gaan we nu aan de Ritalin. Ik dacht: hoezo ‘we’? In de gesprekken die ik met een psycholoog ben gaan voeren, is me een spiegel voorgehouden. Het heeft me geholpen om ermee om te gaan en mijn leven beter op de rit te krijgen. Ik kan kinderen helpen door erover te vertalen. Onlangs kreeg ik een mail van een moeder die schreef dat haar dochter opgewonden en blij thuis was gekomen. Ze had van mij gehoord dat je net ADHD zelfs schrijver kunt worden.”

LEZEN

“Natuurlijk vinden veel kinderen lezen suf en saai. Ik leg ze uit dat je in vrijwel alle beroepen met lezen en teksten te maken krijgt: of je nou de verpleging in wil of game-ontwikkelaar wil worden. Op pabo’s houd ik aankomende leerkrachten voor dat de meester me vroeger afkraakte en een juf me wel zag en voorlas. Wat voor leerkracht wil je zijn en voor wie sta je straks voor de klas, vraag ik ze. Ik zal nooit zeggen dat je een fanatieke lezer moet worden, maar je kan wel regelmatig een boek lezen en er iets mee doen.”

EMMEN

“Emmen heeft me rust gebracht. In de randstad voelde ik me opgejaagd, ik vloog van ot naar her en had geen rust in mijn kop. De verhuizing bijna twintig jaar geleden is heel goed geweest omdat veel prikkels wegvielen en ik beter naar mezelf ben gaan kijken. Emmen heeft me omarmd. In het westen was het niet opgevallen dat ik de Gouden Griffel had gewonnen. In Emmen werd ik tot ereburger uitgeroepen. Mensen waren echt trots. Dit jaar ben ik samen met mijn dochter naar Zwolle verhuisd. Vooral omdat het me heel veel reistijd scheelt. Ik werk nog steeds twee dagen in de week als applicatiebeheerder voor de gemeente Emmen. Het geeft me structuur en financiële zekerheid.”

PETJE

“Voor Koningsdag in Emmen werd ik gevraagd om met koningin Maxima in gesprek et gaan. Of ik dan wel mijn petje af wilde doen. Dat weigerde ik en dat werd nog een heel punt, maar ik heb voet bij stuk gehouden. Het heeft er vooral mee te maken dat ik anderen niet laat bepalen hoe ik eruitzie. De pet hoort mij als schrijver. Toen een hele klas een keertje ‘pet af, pet af’  scandeerde, was mijn antwoord: ik ben de baas over mezelf. Een meisje zei ze dat heel mooi vond en ging onthouden. Daar kan ik van genieten.”